Zelf je groepenkast samenstellen? Dit zijn de beste tips

Ben je van plan je groepenkast te vervangen of uit te breiden? Je kunt zelf een groepenkast samenstellen. Als je ervoor kiest om zelf een groepenkast samen te stellen, is het belangrijk om rekening te houden met enkele wettelijke eisen. Een van de voordelen van het zelf samenstellen van de groepenkast is dat je het zo kunt inrichten zoals jij voor ogen hebt, met bijvoorbeeld extra componenten als een beltransformator of een overspanningsbeveiliging. Om ervoor te zorgen dat je groepenkast aan de wettelijke eisen voldoet, zijn er enkele belangrijke tips die je kunt volgen. Zo moet je bijvoorbeeld kiezen tussen een 1-fase of 3-fase groepenkast, afhankelijk van het vermogen dat je nodig hebt. Daarnaast moet je zorgen voor voldoende ruimte in de kast en moet je rekening houden met de plaatsing van componenten, zoals de hoofdschakelaar en aardlekschakelaars. Verder moet je per groep minimaal één installatieautomaat hebben en mag een aardlekschakelaar maximaal vier groepen dienen. Met deze tips kun je jouw ideale groepenkast samenstellen en zorgen voor een veilige en betrouwbare stroomvoorziening in huis.

1-fase of 3-fase groepenkast

Het eerste wat je moet doen bij het samenstellen van een groepenkast, is een keuze maken tussen een 1-fase of 3-fase groepenkast. Je kunt controleren welke aansluiting je momenteel hebt, door naar de kWh-meter in de meterkast te kijken. Als hier 230V staat, weet je dat je een 1-fase aansluiting hebt, want bij een 3-fase aansluiting is dit 400V. Ook zou je dergelijke informatie moeten kunnen vinden in het jaaroverzicht van het energiebedrijf waarbij je bent aangesloten. Je hebt een 3-fase groepenkast nodig, indien je apparaten met uitzonderlijk hoog vermogen zult gebruiken, zoals bijvoorbeeld een laadpunt voor een elektrische auto bijvoorbeeld. Het gaat hierbij om elektronische apparaten met een vermogen dat hoger is dan 3600 Watt.

Samenstelling van componenten

Je bent verplicht om een hoofdschakelaar in je groepenkast te hebben met daarbij minimaal twee aardlekschakelaars. Afhankelijk van hoeveel groepen je nodig hebt in huis, kun je meer aardlekschakelaars toevoegen. Een aardlekschakelaar mag namelijk maximaal 4 groepen dienen. Een handige tip is om elk apparaat met een vermogen van meer dan 2000 Watt op een eigen groep aan te sluiten. Voor elke groep heb je minimaal één installatieautomaat nodig. Je kunt echter ook kiezen voor aardlekautomaten, een combinatie tussen een aardlekschakelaar en een installatieautomaat. Aardlekautomaten hebben als voordeel dat enkel de groep met de storing zonder spanning komt te staan.

Kortom, als je rekening houdt met deze tips heeft het zelf samenstellen van een groepenkast veel voordelen.